Irma Blank, Nadia Guerroui, Ann Veronica Janssens, Lab[au], Adrien Lucca, Dimitri Mallet, Luisa Mota, Morgane Tschiember, Pieter Vermeersch
Gregory Lang
ON THE LOOKOUT verkent de stimulatie van menselijk gedrag door middel van verschillende kleurvariaties. De werken in deze tentoonstelling worden gekenmerkt door hun immersieve en immateriële karakter. Als we ons verplaatsen, gaan we een relatie met ze aan. De dialogen die tussen de kleurrijke installaties en de architectuur ontstaan, versterken onze aandacht. De tijd die aan deze ontmoetingen wordt besteed, draagt bij tot de kwaliteit van onze ervaringen, waarbij elk moment gunstig is om microgebeurtenissen waar te nemen. Dit ensemble brengt ons in staat om verschillende toestanden van hetzelfde werk in een situatie te onderscheiden en scherpt de finesse aan van onze perceptieve aanpassingen.
De tentoonstelling ontvouwt zich in verschillende sequenties. Terwijl de bezoeker door de ervaringszones wandelt, komen de nuances van conceptuele tonaliteiten tussen de kunstenaars nar boven.
(° 1973, Kortrijk, België) die woont en werkt in Turijn. Naast schilderen op doek of marmer omvat zijn werk muurschilderingen en spatiale interventies, die ruimtes transformeren. In zijn werk verwijst hij aan de hand van een getemperd kleurverloop van licht naar donker, naar de nulgraad van de schilderkunst. De kleurgradatie is steeds een uiting van het waardebereik van de zuivere, vlakke kleur; zoals het in de oude schilderkunst werd toegepast om de illusie van diepte te wekken. Zij lijkt zelfs onderhevig aan de invloed van het licht, waarvan de kunstenaar de effecten bestudeert en fotografeert. Bij de uiterste waarden verdwijnt het beeld in abstractie en lijkt het voor de ogen van de toeschouwer te transformeren. Zijn werken ontketenen oneindige zintuiglijke ervaringen en presenteren ons met een gevoel voor kleur dat verwijst naar de dialoog tussen verschijning en verdwijning. De installatie die voor de site werd ontworpen, maakt gebruik van een 24-meter lang, gradueel kleurvlak, uitgewerkt op 3 niveaus: een schuine muurschildering onderbroken door een groot doek, in spanning met de architectuur. De grenzen tussen het immateriële en het tastbare, tussen ruimte en tijd, vervagen. Hier verlegt de kunstenaar de grenzen van de schilderkunst terwijl zijn werk zich onderscheidt door een intense beleving van de condities van de zichtbaarheid. Zijn nauwgezet proces, ook al is de handeling zelf verhult, staat in dienst van een uitgepuurde inhoud en een maximale spanning tussen het alledaagse en het sublieme.
(° 1976, Brest, Frankrijk) die in Parijs woont en werkt. Geboeid door de filosofiecursussen van Derrida en Didi-Huberman, is zij geïnteresseerd in de schift tussen fysica en metafysica, tussen natuurlijke fenomenen en hun oneindige interpretaties door de mens bedacht om ze te begrijpen. Ze omarmt ruimte en materialen en verlegt met kracht hun grenzen. Haar multidisciplinaire benadering neigt paradoxaal genoeg ook naar een aanpak getekend door fijnzinnigheid. Deze dualiteit stelt haar in staat haar repertoire van vormen, kleuren en texturen te verruimen en de gekende technische mogelijkheden te overstijgen. Zij investeert in en transformeert elk vakkundig industrieel proces, elk zorgvuldig overwogen materiaal en elke locatie. In de traditie van Richard Serra vertroebelt haar werk de grens tussen architectuur en beeldhouwkunst.
Swing bestaat uit ruim twintig ijsblauwe soepele pvc stroken die op regelmatige afstanden van 30 cm geplaats zijn. Deze monumentale installatie nodigt de toeschouwer uit tot interactie en er vrij doorheen te lopen. De kunstenares creëert een immersieve ruimte, voor een gevoelsmatige beleving van de dichtheid van de materie, de kleur en de beweging. Door te pendelen tussen licht en schaduw geeft zij een sensualiteit aan dit industriële materiaal, hier in relatie tot de stroom van lucht en lichamen. Ze modelleert de architecturale omgeving om de intrinsieke kwaliteiten ervan te onthullen en een nieuwe visuele en fysieke ervaring te bieden, toegankelijk voor iedereen.
(° 1988, Toulouse, Frankrijk) woont and werkt sinds 2006 in Brussel woont en werkt. In deze tijd van hypercommunicatie, overconsumptie en gefragmenteerde tegenstrijdige beelden verkent zij de grenzen van het zicht en de menselijke aandacht. Haar benadering is gebaseerd op de praktijk van het kijken, waarbij ze poëzie en kritisch denken combineert om de onnoemelijke kwaliteiten van de alledaagse wereld rondom ons te belichten. Haar werken hebben een gevoelige kant en bieden ruimte voor de beschouwing van de ander. Zo worden de toegepaste materialen tot het essentiële teruggebracht om de positie van de bezoeker een beslissende rol te laten spelen en aldus zijn of haar gedrag in de ruimte en zijn/haar waarneming te beïnvloeden.
In haar reeks Trustful Hands (2022) is er sprake van een soort vertrouwensovereenkomst tussen de kunstenaar en de toeschouwer. De installaties bestaan uit ten minste twee, sterk gelijkende iriserende oppervlakken die onderling zo moeten worden opgesteld om vanuit één bepaald gezichtspunt of in verschillende ruimtes het spectrum van hun uiteenlopende kleuren en texturen te onthullen. In hun eenvoud worden zij ook tussenruimtes voor de veranderingen die het invallende licht in de loop van de dag teweegbrengt. Het wit van de muren wordt hier geaccentueerd met fluorescerend pigment. Op die manier benadrukt haar werk het aspect van de architectuur dat het meeste natuurlijke licht weerkaatst, terwijl de glinsterende kleuren voortdurend wisselen onder de blik van de bezoeker die de ruimte eindeloos kan blijven aanschouwen. Een verband met hemelmechanica wordt gelegd door de aldus benadrukte positie van de zon.
(° 1934, Celle, Duitsland) vestigde zich in 1955 in Sicilië en vervolgens in 1973 in Milaan, waar zij tot op heden woont en werkt. Gepassioneerd door het geschreven woord, begint zij in 1968 met haar Eigenschriften serie [Schrijven voor zichzelf], die een ontelbaar aantal pagina’s besloeg. Vervolgens kopieerde zij met haar Trascrizioni de vormgeving van de tekst, veeleer dan de letters, woorden of zinnen. De essentie van haar werk komt hier naar boven: het ontkoppelen van woorden van hun betekenis om hun eigen gedaante en choreografie te vormen. Door deze asemantische oefening creëert zij een soort “universeel schrift” om taal van zin te bevrijden. Door beiden te scheiden, verkent ze hun visueel expressieve kwaliteiten. De lijnen ontdoen de woorden van hun functie en zorgen voor een bepaalde overgave van de schrijfdaad. Ze ontwikkelt, nauw aansluitend bij de concrete poëzie, ook een auditieve benadering, door een monotoon geluid te produceren en vervolgens zichzelf al werkend op te nemen.
Voor haar reeks Radical Writings (1983-1996) schildert de kunstenares stroken kleur aan de hand van penseelstreken, die elk de duur van één enkele ademhaling voorstellen. Deze lineaire, meditatieve handeling geeft gestalte aan het immateriële en benadrukt de beweging en vibratie. Blank verkent de concepten tijd, repetitie en de variatie in de intensiteit van kleur, die wordt versterkt. In deze werken is ze gericht op blauw, de traditionele kleur van inkt, die eveneens harmonie en utopie oproept. Meer gelaagd in het midden zoals een open boek, schept het grote tweeledige doek een serene en overweldigende diepte.
(° 1983, Parijs, Frankrijk) woont en werkt in Brussel sinds 2004 en is professor aan de Nationale Hogeschool voor Visuele Kunsten, La Cambre. Daarnaast verdiept hij zich sinds 2009 ook in de kunstgeschiedenis en de wetenschap. Zijn onderzoek naar licht en kleur is gericht op sublimatie met behulp van gecontroleerde parameters. Bij wijze van atelier bouwde hij een laboratorium waar hij ook scheikunde, spectrometrie, elektronica en informatica toepast om een artistieke methode rond de studie van geometrie, fysica en perceptie te ontwikkelen. Zijn notities en kleurexperimenten worden in talrijke schriftjes nauwgezet bijgehouden. Met zijn rigoureuze formele visuele proeven opent hij het veld voor experimentele kleurverhoudingen. Voor zijn installaties in de openbare ruimte bestudeert hij de wisselwerking tussen natuurlijk en kunstmatig licht, de kleuren van pigmenten en die van glas.
Zone de fluctuation chromatique is een installatie bedacht en vormgegeven voor deze tentoonstelling. Een veertigtal transparante rechthoekjes van plexiglas, beschilderd met verschillende pigmenten, zijn aangebracht op de muren van een tussenruimte waar de kunstenaar de lichtsterkte zelf kan bepalen. Met behulp van geprogrammeerde witte lichtjes dansen de kleurelementen van de installatie op een ritme bedoeld om de bezoeker te prikkelen. Een monochrome set van verschillende grijswaarden wordt geleidelijk afgewisseld met drie andere kleurenpaletten, van roze tot turquoise. De kunstenaar creëert hier een sfeer die bijdraagt tot de zintuigelijke ervaring en stelt de eigenlijk aard van kleur in vraag.
(Brussels, België, collectief opgericht in 1997) dat de relatie tussen kunst en taal in vraag wil stellen, niet enkel via woorden of andere vormen van gecodeerde taal (semantiek) maar ook door middel van tekens en symbolen (semiotiek). Veel van hun werken vertrekken vanuit begrippen eigen aan het domein van de kunst, zoals de monochromie. Deze linguïstische benadering brengt hen ertoe te kijken naar de grenzen van de taal, die kan worden omgezet in een ander medium, waar het gebruik van kleuren, vormen, patronen, … een visuele taal vormt. De kunstenaars zoeken naar manieren om uiteenlopende vormen van artistieke expressie van het ene medium naar het andere te vertalen of te transformeren, sprekend over syntaxis, grammatica en lexicon en doorgaans met behulp van algoritmes. Hun op regels berustte werk bestudeert de materialiteit, het proces en het concept van kunst zelf, terwijl oneindige combinaties van vormen worden onderzocht. Eenheden als ruimte en tijd vormen de basis van hun artistieke taalgebruik.
Hun nieuwe werk U-238 > Pb-206 plaatst twee, door miljoenen jaren gescheiden stadia van eenzelfde materiaal – uraniumpoeder en lood – tegenover elkaar in hun respectievelijk gele en grijze kleur. Hier stellen de kunstenaars de zin van het monochrome en de fascinatie voor de leegte die erin besloten ligt ter discussie, hoewel dit begrip niet per definitie wordt omschreven en alleen kan worden begrepen door een ruimere lezing van de kunst. Op die manier benaderen zij de traditie van de schilderkunst door middel van terminologie, en plaatsen deze in de context van onze hedendaagse wereld.
(° 1983, Avignon, Frankrijk) woont en werkt in Parijs. Door verschillende beeldvormen te verkennen, probeert hij het haast onwaarneembare en het onzichtbare zichtbaar te maken. Zijn werken omvatten een poëtische dimensie en vloeien voort uit de fysische verschijnselen en interdisciplinaire concepten die hij bestudeert. Met een bijzondere fascinatie voor paradoxen, verwijst zijn werk rond taal vaak naar de kunstgeschiedenis. En hoewel zijn benadering een cognitieve en procedurele aanpak kent, verwelkomt hij evenzeer het subjectieve en onverwachte. De kunstenaar maakt werken die worden getypeerd door een romantische visie op de ervaring, door hemzelf geïnitieerd. Zijn schilderijen en installaties, vaak aangedreven door emoties, eisen een meer naar binnen gerichte reflectie. Ze nodigen uit tot een moment van bezinning om ons onze eigen visie toe te eigenen.
In Paysages, een reeks schilderijen en films, reproduceert zijn doek de lichtgevende vlekjes die we waarnemen met gesloten ogen. Deze vluchtige diffuse visioenen, of fosfeenverschijnselen, ontgaan ons constant. Het oog is de filter van de blik, waarvan de hersenen de waargenomen signalen omzetten in pure beleving: flarden gevoelige, bewegende en vibrerende kleuren. Gebruik makend van een bepaald detail uit een ander werk, gefilmd en tot foto verwerkt, illustreert dit generische beeld een procedé dat de kunstenaar toelaat dergelijke kleurencombinaties en een zekere filmische sfeer te bereiken. Het beeld is dynamisch in zijn essentie en in de beweging die het vertegenwoordigt. De moeilijkheid om te focussen, veroorzaakt door het wazige beeld, vangt en fixeert de blik van de bezoeker en nodigt hem of haar uit tot een vertraagde observatie.
(° 1984, Porto, Portugal) woont en werkt in Porto. Tussen 2002 en 2013 studeerde ze kunstkritiek en beeldende kunst aan het Goldsmiths College in Londen, gevolgd door beeldhouwkunst aan het Royal College of Art. Haar holistische benadering omvat verschillende media waaronder beeldhouwkunst, performance, fotografie en video, die zij als één geheel beschouwt – inclusief alle documentatie en artefacten. Zij is geïnteresseerd in de menselijke conditie en de psychologische en gedragsmatige fenomenen die het individu en de maatschappij vormgeven. Haar werk is therapeutisch en snijdt onderwerpen aan rond geloofssystemen en hun culturele patronen. Haar kristallen figuren en bollen symboliseren zo sociale onzichtbaarheid en de meest spirituele dimensie van het zijn. Deze werken, doordrongen van haar vroegere performances, komen vaak terug om diezelfde energie in de nieuwe installaties over te brengen.
Hier contrasteert en combineert ze een directe ingreep met markers op glas en werken gemaakt op doorschijnende acrylplaten. De gekleurde elementen van haar Meditations serie zijn, tot op heden, de meest ingetogen werken van de artieste. Zij geven bij uitstek de frequentie van de door haar hand aangebrachte kleurstreken weer. Door zich te ontdoen van de menselijke figuratie en informatie, richten haar meditatieve kleurwerken zich op de wezenlijke essentie van het bestaan. Naargelang de invloeden ervaren tijdens de realisatie van haar installatie tracht ze een colourhealing – een heling door kleur – te realiseren, terwijl ze de tentoonstellingsruimte opnieuw inricht. Ze eigent zich de in het licht badende oppervlakken van de binnenkoer toe en onderstreept de functie ervan, waardoor een nieuw introspectief landschap ontstaat.
(° 1956, Folkestone, Engeland) is een Belgische kunstenares die woont en werkt in Brussel. Sinds het einde van de jaren ‘80 legt zij zich toe op een artistieke methode waarin licht, kleur en natuurlijke optische fenomenen centraal staan. Door voortdurend te experimenteren met de specifieke eigenschappen van zorgvuldig gekozen, vaak onstoffelijke materialen zoals vormen en licht, alsook (spiegel)glas, aluminium en artificiële mist, wil de kunstenares onze waarneming van de werkelijkheid verstoren en zo haar eigen taal van minimalistische patronen en buitengewone kleuren creëren.
Haar werk met licht komt voort uit haar verlangen om de werkelijkheid vanuit een ander perspectief te laten zien. Eerder dan te proberen het ongrijpbare vast te leggen, speelt ze met de talrijke gedaantes en verschijningsvormen ervan. Voor haar is kunst geen voorwerp maar een ervaring op zich, de waarneming wordt het werk. Het kleurenspectrum is steeds veranderlijk. Aangezien de toeschouwer geconfronteerd wordt met de perceptie van dat “ongrijpbare”, is de beleving altijd onvoorspelbaar en persoonlijk. De kunstenares creëert toestanden van instabiliteit en breekbaarheid – visueel, fysiek, temporeel of psychologisch – en tracht ons bewustzijn te wekken voor deze vluchtige zintuiglijke fenomenen.
Frisson bleu, onder het glazen dak, een grote plaat van gehamerd, dichroïc gekleurd glas, die de ogen streelt om vervolgens de bezoeker te overspoelen. In deze ontmoeting balanceren lichaam en geest continu op de grens tussen een beschouwende en immersieve toestand. De zintuiglijke ervaring houdt het midden tussen ontbinding en eindeloze nieuwe resoluties, waardoor de kleurvariaties de illusie van een zekere tastbaarheid krijgen.