Greet Billet, Katinka Bock, Manon de Boer, Willy De Sauter, Céline Mathieu, Guy Mees, Johanna von Monkiewitsch
De groepstentoonstelling ‘These circumstances’ bij Fondation CAB brengt werken samen van kunstenaars (°1976, Duitsland, woont en werkt in Parijs), Greet Billet (°1973 Belgium, woont en werkt in Brussel), Manon de Boer (b.1966, India, woont en werkt in Brussel), Willy De Sauter (b.1938, Belgium, woont en werkt in Brugge), Céline Mathieu (b.1989, Belgium, woont en werkt tussen Berlin en Brussels), Guy Mees (°1935-2003, België), and Johanna von Monkiewitsch (b.1979, Italië, woont en werkt in Keulen).
Fondation CAB over de tentoonstelling:
“Wat ons interesseert in de subtiele werken van de zeven tentoongestelde kunstenaars, is hoe ze onze perceptie stimuleren en een andere realiteit binnenbrengen, waarmee ze ons de rand van de ruimte laten zien of wat daarin verborgen ligt. Daarvoor spelen we op thema’s als gelijktijdige aan- en afwezigheid, grenzeloze picturale ruimte, constructie, deconstructie, licht, spel, geheugen en tijd. In deze tentoonstelling komen verschillende generaties kunstenaars samen, in een gedeelde dialoog tussen beeld en werkelijkheid en de invloed van licht en esthetische ervaring op onze visuele perceptie. De tentoongestelde werken benadrukken wat er gebeurt tussen kijker, kunstwerk en de omringende ruimte.”
De werken nodigen uit om beter te kijken; om te merken hoe de spiegelende oppervlakken van Greet Billet de ruimte vloeibaar lijken te maken. Een blauwe verfvlek te zien, die een gat of lichtkoepel in de muur lijkt, in het blauwe werk van Johanna von Monkiewitsch. Of de negatieve ruimte die een gelijkwaardig deel uitmaakt van het beeld voor Guy Mees. Dat Willy De Sauterkleurverschuivingen in krijtvlakken maakt. Hoe Manon de Boer de speelse interventies van haar zoon doorheen het huis, tot autonome sculpturen en film verheft. Hoe site-specifieke historische referenties in het mijnwerkers-ontbijt van Céline Mathieusluipen. Of hoe de Belgische blauwe steen van Katinka Bock tegen de muur leunt, die met de reeks stalen elementen die de architectuur van de ruimte tot een constitutief onderdeel van het werk maakt.
In lijn met het programma van Fondation CAB gaat minimal samen met conceptueel, veel verder dan geometrie, orde, eenvoud en harmonie. Metaal, elektriciteit, chemicaliën, maar ook de kleurnuance in een schilderij of de manier waarop een arrangement van snippers is opgehangen— ze vinden allemaal een manier om actief te zijn. De praktijken van de tentoongestelde kunstenaars verhouden zich tot de locatie waar ze worden getoond. Veel fysieke, sociale en (kunst)historische observaties lijken invloed te hebben op werken, alsof ze hun omgeving, en de omstandigheden absorberen. Elk op hun eigen manier drinken de werken het licht, en sublimeren ze eenvoud. Niets in ons leven wordt gefilterd door de ficties die ons vormgeven en produceren.[1]
Misschien had deze tentoonstellingstekst enkel een gedicht kunnen zijn:
Purple daily precious
Recipe-less rather
improvised
Ripe figs warming to the palm of a hand
The way they
cup, body-like
It’s snippets suspended
mid-air
It’s hollows and projections
Things that sound like tycoon
Elegant gestures held
plexi steel blue stone
A video of light
beam made projection now
The blue field later
appears a hole in the wall
Tekst door Céline Mathieu
[1] The Contemporary Condition, I Cannot Sleep, Lionel Ruffel
Willy De Sauter (°1938, België, woont en werkt in Tielt) onderzoekt in zijn beeldhouw-, teken- en schilderkunst de essentiële elementen van lijn, vorm en kleur. Zijn artistieke praktijk, in constante relatie met architectuur, is een uitnodiging om van dichtbij te observeren. Hij brengt schilderen terug tot de essentie door verf monochroom aan te brengen op een vlakke ondergrond. Zijn op de vloer gelegde houten panelen, waarvan de unieke kleuren het resultaat zijn van een intuïtief mengsel van krijt en pigment, functioneren als een negatieve spiegel van de wereld, waardoor twee etherische rechthoeken ontstaan. Zijn werken op papier, gedeeltelijk ingekleurd met pastelkrijt, zijn verspreid tussen de ruwe betonnen zuilen van de Fondation CAB-ruimte. Een duidelijke lijn verbindt steeds de twee kleurvlakken en verdeelt de pagina in twee. Alleen de bovenzijde van het papier is aan de muur bevestigd, waardoor het zachtjes naar buiten krult en er een spanning ontstaat tussen beide oppervlakken. De Sauter vervolgt deze serie door gedeeltelijk gelakte en geschuurde messing en koperen platen te onderzoeken op hun reflecterende eigenschappen. Doorheen zijn aesthetische benaderingen slaagt hij erin de formele eenvoud in evenwicht te brengen met theoretische diepgang. Zijn minimalistische aanpak laat materie, licht, stilte en kleur voortdurend interageren en zo zichzelf onthullen.
(°1973, Leuven) die woont en werkt in Brussel, focust op de representatie van licht en daarbij ook onze perceptie van ruimte en kleur. in haar tijdelijke installaties. Haar spiegelwerk, tentoongesteld op de binnenplaats, stelt onze waarneming in vraag en vermenigvuldigt onze zichtpunten. Het is moeilijk om een spiegel te zien eerder dan de steeds veranderende weerspiegeling van het licht erin. ‘RGB’ bestaat uit grote, zware platen van onbehandeld rood, groen en blauw plexiglas die over elkaar heen liggen. Door hun gewicht, en niet als gevolg van ingrepen van de kunstenaar, buigen de enorme platen en vervormen zo de reflectie van de kijker. Billet analyseert de correlatie tussen de objectieve en meetbare realiteit van monochrome werken en hun subjectieve perceptie en waarde. Haar werken reflecteren op de onmogelijkheid om de processen van zintuiglijke waarneming te objectiveren.
Katinka Bock (°1976, Duitsland, woont en werkt in Parijs) maakt sculpturen, performances en installaties die vaak voortkomen uit in-situ onderzoek. Door de fysieke en materiële eigenschappen van een bepaalde plaats te onderzoeken, verkent ze ook de historische, sociale en politieke lading ervan. De materialen waarmee ze werkt, gekozen vanwege hun fysieke eigenschappen, zijn onder andere klei, zand, steen, krijt, hout, metaal, water en lucht. Haar installatie ‘Palermo’ dateert uit 2016 en is geïnspireerd op een gedeconstrueerd balkon in de Italiaanse stad. Het werk wordt hier in een nieuwe context van Fondation CAB gepresenteerd. Dit werk in arduin en metaal is kenmerkend voor Katinka Bocks praktijkt, die uitgaat van concrete referenties enhaar relatie tot materialen, gebaren, vormen, ruimte en tijd, en zich tegelijkertijd openstelt voor iets veel minder tastbaars, gekoppeld aan noties van afwezigheid en immaterialiteit.
Het werk van van de Nederlandse kunstenaar Manon de Boer (°1966, Kodaikanal, Indië, woont en werkt in Brussel) schommelt tussen afstand en intimiteit. Haar video’s werkt met de ervaring van tijd, of wat er gebeurt als tijd ons overkomt. ‘The Untroubled Mind’ (2016) verkent verveling en vrije tijd. In deze stomme film legde ze de verrassende interventies en constructies van haar zoon vast zoals ze die aantrof in haar huis over een periode van drie jaar. Aan elkaar geplakte, opgestapelde, gerecycleerde, met elkaar verbonden of verspreide, vaak enigszins verborgen objecten werden vastgelegd met een 16 mm Bolex amateurcamera die opnames van 20 seconden maakt (de maximale filmtijd door de camera handmatig op te winden). Een film van sculpturen, opnames van tijd die spelend werd doorgebracht.
Het werk van Céline Mathieu (°1989, België, woont tussen Berlijn en Brussel woont), is sensorisch en conceptuuel. Het is vaak beïnvloed door de ruimte en de condities waarin ze wordt uitgenodigd. De tekstuele componenten van de tentoonstelling worden opgenomen als een actief onderdeel van het werk. Hier belicht de ze de geschiedenis van het gebouw van de Fondation CAB, oorspronkelijk een opslagplaats voor kool en daarna een dansrepetitieruimte voordat het de tentoonstellingsruimte werd die het nu is. Een mijnwerkersontbijt bestond vroeger uit een rauw ei dat in een biertje werd gebroken, met een shot whisky ernaast. Mathieu’s imitatie werd gemaakt door de sculpturale kunde van andere kunstenaars in te ruilen voor het schrijven van applicatieteksten voor hen. Gevonden beelden van een balletexamen tonen de ambigue dromerigheid van de dans leerkracht en ballerina’s die zich ieder in poses strekken, alvorens een synchronse performance af te leveren. Op een handgeschilderde plexi plaat staat een gevonden citaat over fruit dat niet opgegeten kan worden. De deur naar de opslag van de tentoonstellingsruimte wordt opengelaten als sculpturaal onderdeel van de installatie.
(°1935, Mechelen – °2003, Antwerpen) was een leidende figuur in de Belgische avant-garde die in zijn werk elementen van schilderkunst, beeldhouwkunst, fotografie, werken op papier en performance art combineert. Zijn kunst benadrukt, door middel van een doelmatige en experimentele beeldtaal, het belang van kleur, textuur en ruimtelijke ervaring. Tussen 1960 en 1967 creëerde Mees een serie industrieel vervaardigde kant en neonlichten in verschillende platte en driedimensionale composities, getiteld ‘Lost Space’. In 1983 hergebruikte hij de titel ‘Lost Space’, waarbij hij zijn locatie-specifieke variaties van gekleurd vloeipapier, metalen platen en aan de muur geprikte stroken papier beschouwde als een ander soort ‘verloren ruimtes’. Sommige van deze gefragmenteerde werken lijken op tweedimensionale schilderijen, terwijl andere stukken als het ware vrij op de muur zweven. Om dit ensemble compleet te maken leunen vier gepolijste aluminium elementen symmetrisch en repetitief tegen de muur.